Klompen: iedereen weet wat het zijn en hoe ze er uitzien. Toch worden ze veel minder gedragen dan vroeger en is de klompendrager een uitstervend ras. En dat terwijl het nog niet zolang geleden is dat bijna iedereen een paar klompen had en daar dagelijks op liep. Er waren in die tijd dan ook veel klompenmakers die allen hun eigen model, in een vaak bonte variatie van kleuren en versieringen, maakten. De grote verscheidenheid aan klompen van vroeger en van nu is een waardevol deel van het cultuurhistorisch erfgoed van een volk.
Klompenmuseum Gebr. Wietzes is genoemd naar de twee laatste klompenmakers in Eelde:
Eiso Wietzes (1916 - 1977) en Egbert Wietzes (1925 - 1988).
Niet alleen vervaardigden zij op zeer vakkundige wijze gebruiksklompen; zij verzamelden ook klompen uit vele landen.
Na het overlijden van Egbert krijgt de Stichting Klompenmuseum Gebr. Wietzes het beheer over de collectie klompen en klompenmakergereedschappen.
De collectie wordt uitgebreid met de collectie van de heer H.P. Bongers uit Enschede, leraar aan een Technische school in Enschede.
Zijn verzameling bestond uit klompen en uniek klompenmakergereedschap uit: België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk en Spanje. In 2002 komt de totale collectie in eigendom van het Klompenmuseum.
In 1990 wordt het Internationaal Klompenmuseum in Eelde geopend. De Internationale collectie omvat:
ruim 2.200 paar verschillende klompen en ander schoeisel met een houten zool uit 43 landen
de grootste en meest uitgebreide collectie ter Wereld
honderden stuks gereedschap uit zeven Europese landen
enkelvoudige machines (rond 1920) uit Nederland, Duitsland en Frankrijk
informatiemateriaal, zoals boeken, kranten artikelen, foto´s, enz. enz.